Blog: Naast je schoenen lopen
‘s Morgens zijn een collega en ik op de polikliniek aanwezig. Je krijgt jouw medicatie hier dagelijks aangeboden van ons, omdat je momenteel geen vaste woon- of verblijfplaats hebt. Je wil niet naar het slaaphuis in de stad. Het slaaphuis is in jouw beleving het ergste dat er bestaat.
Het is ons niet duidelijk waar je slaapt. Je wilt het ons niet vertellen. We vermoeden dat je in de stad een paar adressen hebt waar je kan overnachten.
Tegen het einde van de ochtend verschijn je om je medicatie te halen. We horen je al van verre aankomen, want je bent boos en de hele wereld mag dat horen. Je ziet er verzorgd uit, maar bent boos en achterdochtig. Het valt op dat je op één schoen loopt. Je zegt de ander te zijn verloren in de reis hier naartoe, maar weet niet meer waar of hoe dat is gekomen. Je zegt dat je vanmorgen met de trein terug bent gekomen om je medicatie te halen en geeft aan dat je chagrijnig bent. Bij doorvragen wil je niet vertellen waar je dan vandaan komt, of wat je in die andere stad hebt gedaan.
We bieden je wat te eten en te drinken aan, maar dat wil je niet aannemen. Bij verder praten laait de boosheid en achterdocht op. Je neemt je medicatie in en tierend en schreeuwend vertrek je weer. Het is ons niet duidelijk waar je naartoe gaat, maar we kunnen je nog een tijdje horen schreeuwen.
Vandaag was er geen gesprek met jou mogelijk en hield je ons op afstand met je boosheid. Je ziet er redelijk verzorgd uit. Daarom denken we dat je niet op straat slaapt, maar dat er meer mensen zijn die zich om jouw bekommeren. Misschien verwachten ze wat van jou, in ruil voor onderdak, misschien ook niet. Een reguliere woning zit er op dit moment niet in voor jou, ook is er is teveel problematiek voor een plekje bij beschermd wonen. Opnames in klinieken heb je in alle soorten en maten al gehad.
Toch kom je elke ochtend weer je medicatie ophalen en is dit een vast moment op de dag waarop wij even kunnen inschatten hoe het met je gaat. Soms is er een gesprek mogelijk, soms niet. Soms neem je wat te eten aan. Vandaag dus op één schoen.
‘s Middags rijden we even langs de kringloop om schoenen te halen in jouw maat. We hopen dat je die morgen van ons wil aannemen als je voor je medicatie komt.
Die volgende ochtend wachten we erg lang op je, maar je verschijnt niet. We besluiten te informeren bij de politie en horen dat je gisteren bent opgepakt en in de gevangenis zit.
Eigenlijk voelen we ons opgelucht. Het is fijn om te weten dat je voorlopig een dak boven je hoofd hebt. Hoewel wij het ons als hulpverleners moeilijk kunnen voorstellen, zie jij de periodes in de gevangenis als goede periodes in je leven. De regelmaat en duidelijkheid die de gevangenis biedt, geeft jou veel rust. Nu je in de gevangenis zit, geeft het ons de mogelijkheid weer met jou in contact te komen en weer vooruit te kijken naar de toekomst.
Dezelfde dag leggen we contact met de gevangenis en spreken af wanneer we jou daar kunnen bezoeken. We willen graag met je in contact blijven en vooruit kijken naar de toekomst. Ook wordt er meteen een overleg georganiseerd met ketenpartners; hen hebben we nodig om samen goede zorg voor jou te bieden. Ook op het moment dat je weer vrij komt.
Jipke Nap, Maatschappelijk Werker Levensloopteam